Na een klein weekje Trujillo, waar we enkele archeologische sites hebben bezocht, werd het weer tijd om op weg te gaan. Het bleek dat een behoorlijk aantal fietsers dezelfde plannen had. We gingen op weg met een grote groep van 14 man, waarvan er 11 gezamenlijk zouden doorfietsen. Angela, de dochter van Lucho mocht voor het eerst mee op fietsvakantie.
Het was voor haar een hele belevenis om met een aantal “gringo’s” mee te gaan en onderweg te gaan kamperen. In de groep zaten verder een Oostenrijker Max, een Duitser Swen met zijn Amerikaanse partner Kat, een Engelsman Alex, en het Australisch-Nederlandse gezin met vader Michael, moeder Ciska en de twee jongens Jesse en Sammy en uiteraard twee Nederlanders.
Wij waren, conform afspraak om 09:00 uur bij de Casa de Cyclista. Het vertrek bij de Casa is een heel ritueel van foto’s maken en omhelzingen. Uiteindelijke konden we om 11:30 uur vertrekken richting Chao, onze eerste stop.
De volgende ochtend vertrokken we om 08:00 uur. De avond ervoor was Lucho gekomen om een stuk met ons mee te fietsen. Na 15 km asfalt namen we de afslag richting de Canyon del Pato. Het eerste stuk gaat over een privéweg. Er rijden hier nauwelijks auto’s en de onverharde weg is goed berijdbaar. .
Na 75 km kwamen we in Chuquicara waar we bij het benzinestation konden kamperen. ’s Avonds konden we eten bij het naastgelegen restaurant. Het plaatsje bestaat omdat bussen hier een stop houden. Vlak voor wij wilden eten kwam er net een bus aan. Onmiddellijk is er dan “een verhoogde staat van paraatheid” in het restaurant. Zij moeten dan in een zo’n kort mogelijke tijd de hele bus te eten geven. Het is een gestroomlijnde operatie, waarvoor wij uiteraard moesten wijken.
De volgende dag begon het feest echt. De nog redelijk te berijden weg veranderde al snel in een hobbelige keienstrook. De snelheid halveerde en de concentratie verdubbelde. Het was een hele tour om je fiets een beetje in het spoor te houden. Als gevolg van de slechte weg brak de bagagedrager van Angela en moesten haar spullen worden verdeeld, waarbij Max met zijn trailer het leeuwendeel voor zijn rekening nam. Iets verder kreeg Alex problemen met zijn voordrager. Hij bleek een boutje kwijt te zijn. Zijn reserveboutjes lagen (zo bleek achteraf) nog op de tafel in de Casa de Cyclista.
Gelukkig had Michael een reserve boutje bij zich. Zo hielp iedereen elkaar weer op weg. We stopten regelmatig, zodat Ciska haar knie wat kon ontlasten. Later op de dag hebben Kat en Swen om beurten met Ciska mee gefietst op de tandem. Jesse nam de fiets van Kat. Al met al werd het een lange dag en het laatste stuk moesten we in het donker afleggen. We waren allen blij dat we er waren. Het hospedaje was helaas van wat mindere kwaliteit met een hele koude douche.
’s Ochtends waren we weer vroeg op pad op weg naar Huallanca. We begonnen met een kleine afdaling en daarna weer wat stijgingen. Na 13 km waren we in het plaatsje. Het was nog vroeg, maar na dit plaatsje zouden we niet veel meer tegenkomen.
In een restaurantje vroegen we hoelang het zou duren om een lunch te maken voor 11 mensen. Vijftien minuten was het antwoord. Het bleek echter anderhalf uur te duren. Inmiddels was het buiten erg heet geworden (35 graden om 11 uur). Na de lunch had niemand meer zin om verder te gaan. Nog moe van de dag ervoor, besloten we een hotel te nemen. Het dorp bleek een zwembad te hebben, zodat we in de middag bij het zwembad wat verkoeling konden vinden.
Vanwege de warmte zijn we de volgende dag om 07:00 uur vertrokken. Direct na het dorp volgt een steile klim van ongeveer 2,5 km en daarna volgt de canyon met 35 tunnels. Een paar van de tunnels zijn lang en onverlicht. Iedereen had hoofdlampjes, zodat er nog een beetje zicht was. Het was een groot voordeel met een groep te zijn omdat de eerste die door de tunnel was het verkeer kon waarschuwen voor de rest. Na 40 km waren we rond lunchtijd in Caraz. Hier hebben we als groep geluncht, waarna de helft doorging om buiten het plaatsje te gaan kamperen. Wij en het gezin beleven in Caraz om uit te rusten. Na twee dagen zijn wij op de fiets naar Huaraz gereden en het gezin heeft een lift genomen, zodat de knie van Ciska rust kon houden.
Het reizen met een groep was nieuw voor ons, het viel ons zeker niet tegen. Na zo’n kort weekje ontstaat er toch al een saamhorigheidsgevoel. Wat werkelijk bijzonder was, was de fysieke, maar vooral mentale kracht van Max. Hij bleef consequent achteraan fietsen en ving iedereen op die of materiaalpech had of er even doorheen zat. Daarbij had hij alle bagage va Angela op zijn trailer. Hij zorgde er ook voor dat we elkaar allemaal in Huaraz weer tegenkwamen en foto’s konden uitwisselen.
We staan nu aan de vooravond van een nieuw avontuur. We gaan door het nationale park Huascaran op weg naar Huanuco. We moeten minstens twee nachten kamperen en moeten twee passen van 4800 en 4700 meter over. Het moet erg mooi zijn, met planten die alleen tussen de 3800 en 4500 meter voorkomen.