Vanuit Whitefish zijn we in drie dagen naar Missoula gefiets. In Missoula zijn we langsgegaan bij de ‘Adventure Cycling Association’. Dit is een Amerikaanse non-profitorganisatie die routes beschrijft voor langeafstandfietsers. Zij maken kaarten die precies aangeven waar de services zijn (campings, supermarkten, motels, fietsenmakers etc) Daarnaast staan op de kaarten de hoogteverschillen; erg handig als je een route plant. Ze hebben deze kaarten alleen van hun eigen routes. Het bleek dat we alleen de route naar Yellowstone konden gebruiken. Jammer want het zijn echt goede fietskaarten. De route naar Yellowstone overlapt de Coast to Coast route, waardoor we veel andere fietsers tegenkwamen.
We kwamen onder andere een dame uit Wales tegen. Wij schatte haar leeftijd achter in de veertig en misschien zelfs wel iets ouder. Zij had met kerst een fiets cadeau gekregen en dacht kom ik ga ook een route fietsen. De meesten zullen in haar geval een route in eigen land proberen, maar zij niet. Zij besloot om meteen in Amerika van de ene kant naar de ander kant te fietsen. Ze had onderweg veel leuke reacties gehad. Mensen noemden haar “The Princess of Wales”, wat ze dan later weer van anderen hoorde: “Oh you must be The Princess of Wales”. Een heel leuk mens, en petje af om meteen zo’n stuk te gaan fietsen zonder dat je weet of je het wel leuk vindt. Later kwamen we een groep van vier tegen die, toen ze hoorden wat wij aan het doen waren, ons onmiddellijk tot “hard core fietsers” benoemden.
Montana blijkt een prachtige staat te zijn. Vanaf Darby klimt de weg langzaam omhoog naar de Chief Joseph pass op 7241 feet. Hier kruisen wij weer de Continental Divide en dalen af naar ‘The big hole’, een grote prairie vlakte met een tragische geschiedenis. Op 9 augustus 1877 heeft hier een bloedige strijd plaatsgevonden tussen het Amerikaanse leger en de Nez Perce indianen. De Nez Perce waren naar deze vallei gevlucht omdat ze niet akkoord waren gegaan met de nieuwe grenzen van het reservaat (de blanken hadden goud gevonden in het reservaat en stelden nieuwe grenzen voor waardoor er maar 20% van het oorspronkelijke gebied overbleef). Midden in de nacht werden ze overvallen door het leger. Vooral vrouwen en kinderen zijn in hun slaap gedood. Tegenwoordig is het een monument en hebben de nakomelingen van de overlevende Nez Perce hier hun eigen herdenkingsplaats. Het visitorcenter heeft een film over de geschiedenis . Vooraf word je gewaarschuwd voor de mogelijk schokkende beelden en ook wordt verteld dat zij eraan gehouden zijn om de waarheid te vertellen, namelijk dat er een hele groep indianen is uitgeroeid.
Sinds we Montana zijn ingegaan hebben we prachtig weer. Vanwege het feit dat we constant rond de 2000 meter zitten hebben we ’s nachts temperaturen van rond het vriespunt. Gelukkig hebben we goede slaapzakken. Vanaf Dillon zijn we op weg gegaan naar Alder. Op deze dag braken we weer een record; vier lekke banden op een dag. Na 30 mijl waren we in Twin Bridges, we hadden toen al 1 lekke band gehad. We hadden zelfs al buitenbanden gewisseld omdat de binnenband naar later bleek niet goed te zijn bij het ventiel waardoor de buitenband niet goed bleef zitten. Die band hebben we dus weggegooid. In Twin Bridges konden we onze handen wassen bij de bibliotheek en daarna gaan lunchen. Bij vertrek bleek Leo weer een lekke band te hebben. Nu moesten eerst de twee banden die we nog hadden geplakt worden (waren eerder lek geraakt en vervangen door andere banden). Een ervan bleek geperforeerd en ging direct weer lek. Nu hadden we er nog 1. Die leek te houden. We konden echter niet verder zonder reserveband, omdat we de komende dagen geen banden konden kopen, moesten we dus terug naar Dillon, want daar zat een fietsenwinkel. Annette heeft gebeld om te checken of ze binnenbanden verkochten met een Frans ventiel. Gelukkig hadden ze die. Wij dus terug naar Dillon. We hadden 3 uur voor de dertig mijl en de weg ging omhoog. Doortrappen dus. Na 6 mijl begaf de gerepareerde binnenband het weer. Wat nu? Terug dus naar Twin Bridges, lopend. Er stopte nog wel iemand, ook een fietser, maar die had geen binnenband in zijn auto. Toch prettig dat ze proberen te helpen. Terug in Twin Bridges had Leo het helemaal gehad. Er was geen camping, maar wel een soort park zonder sanitair. Dus maar naar een motel, waar in ieder geval de handen weer behoorlijk gewassen konden worden. Annette zou naar het motel fietsen, een kamer regelen, daar haar tassen droppen en terug fietsen om de tassen van Leo aan haar fiets te hangen zodat Leo verder kon lopen met een lichtere fiets. De achterkant moest omhoog gehouden worden omdat de buitenband er steeds af liep en daarna vastliep bij de velg. Na een minuut of tien kwam er een pick-up aan en stopte bij Leo. De man wees achterin om aan te geven dat daar de fiets en tassen in konden. Het bleek de man van het motel. Toen zijn vrouw van Annette hoorde wat er aan de hand was, werd hij er direct op uitgestuurd om Leo te halen. Dat was al heel prettig. Maar wat nog veel prettiger was, was dat ze ook meteen haar zoon belde die in Butte was. In Butte (een grote stad) was wel een fietsenmaker. Ze kreeg haar zoon niet direct te pakken, maar toen Leo er was kreeg ze hem aan de lijn. Leo kon toen zelf doorgeven wat hij nodig had en ’s avonds werden de fietsspullen aan de deur afgeleverd. We waren zo blij met het voortvarend handelen van deze mevrouw, dat we haar ’s avonds een flesje wijn cadeau hebben gedaan. Wij konden de volgende dag door met een nieuwe binnenband en vijf reservebanden (de zoon had meteen de hele voorraad opgekocht, ondanks dat Leo er maar om vier had gevraagd). En dan denk je dat je alles hebt gehad. Nee hoor…Aan het eind van de volgende dag net na de afdaling begaf de buitenband van Leo het. We konden net het dorp Ennis halen, heel voorzichtig want er was een hele bult ontstaan. Met wat lucht uit de band en losmaken van de rem konden we voorzichtig fietsen. Wat bleek: een bekend probleem. De wangen van de band waren bij de draad gescheurd, waardoor de draad naar buiten was gekomen. Dit was achteraf ook de oorzaak van al die lekke banden van de dag ervoor. gelukkig hadden we een reserve buitenband bij ons. In West Yellowstone konden we weer een nieuwe reserve buitenband kopen.
West Yellowstone is een van de toegangspoorten tot Yellowstone National Park. Het plaatsje is een groot toeristencentrum met veel souvenirwinkels en motels. In het park zijn een soort toeristendorpen gebouwd met alle voorzieningen. Ondanks dat het al het eind van het seizoen was, was het nog behoorlijk druk in het park. In 1988 heeft hier een grote brand gewoed, 1,2 miljoen acres (de helft van het park) is toen in rook opgegaan. Yellowstone is al sinds 1872 een nationaal park. Het park ligt in feite in een grote krater van een vulkaan.
Op veel plaatsen is er geothermische activiteit zichtbaar; heetwaterbronnen, modderpoelen en geisers. Met als beroemdste geiser ‘Old Faithful’. We hebben een aantal dagen doorgebracht in het park, en hebben weer veel wildlife gezien ( bizons, elk en wolf). Na Yellowstone zijn we door Grand Teton National Park gefietst. We bleven fietsen op zo’n 2000 meter met prachtig weer, maar met koude nachten.
We zitten nu in Rock Springs en vandaag hebben we sneeuwstormen gehad (we hebben gelukkig een rustdag), terwijl we twee dagen geleden in de korte broek fietsten met ruim 25 graden. We gaan nu dus snel verder naar het zuiden, naar Utah. We dalen dan weer zodat het wat minder koud wordt.
Gefietste route:
Whitefish – Swan lake (83 km) – Seeley lake (94 km) – Missoula (94 km) – Hamilton (80 km) – Sula (56 km) – Wisdom (65 km) – Jackson (30 km) – Dillon (78 km) – Twin Bridges (58 km) – Ennis (68 km) – Campfire Lodge (80 km) – West Yellowstone (39 km) – Canyon village (64 km) – Grant village (64 km) – Coltar Bay (66 km) – Jackson (70 km) – Bondurant ( 55 km) – Pinedale (70 km) – Farson (95 km) – Rock Springs (70 km)