Siem Reap en Angkor Wat waren mooie ervaringen waar heden en verleden elkaar raken. Het vroegere Khmer-rijk besloeg nagenoeg heel Indochina. Tegenwoordig zijn het verschillende landen die een politiek systeem als bindende factor hebben (allen communistisch). Allen groeien in economische zin en vertonen veel kapitalistische trekken.
We zijn lekker op tijd uit Siem Reap vertrokken omdat we ruim 100 km moesten fietsen. In de ochtend is de temperatuur heerlijk en je hebt een lekkere lange dag. Onderweg zouden we nog een groot tempelcomplex tegen komen wat het bezoeken waard zou zijn.
Na 16 km konden we de drukke weg verlaten en het rustige achterland in gaan. Er waren weer stukken onverhard bij , maar ook al stukken geasfalteerd. Dat is nog niet heel lang. Langzaam wordt dit deel van Cambodja ontsloten. De dorpjes waar we konden overnachten waren klein en het was soms zoeken naar plekken om te eten. Er wordt nog vooral gekookt op houtskool.
Onderweg zijn we nog bij het tempelcomplex langs gegaan. Het lijkt veel op de tempels van Angkor Wat. Iets meer overwoekerd en iets minder gerestaureerd.
De dagen erop fietsen we door gebieden waar veel was geoogst en waar al delen in brand waren gezet om de restanten van de oogst weg te branden en zo een vruchtbare omgeving te creëren voor de volgende aanplant. Gelukkig voor ons was het nog heel sporadisch. We hebben vorig jaar mensen gesproken die dagen in de rook hadden gefietst. Het is dus zaak goed te plannen wanneer je in Cambodja gaat fietsen.
Na vier dagen fietsen kwamen we in Stung Treng. De laatste grote plaats in Cambodja alvorens we Laos in zouden gaan. Daar ontmoetten we de Mekongrivier weer.
Ook hier weer een grote markt en veel bedrijvigheid. We hebben daar nog een rustdag genomen.
Na Stung Treng gingen we vooral onverhard naar de grens met Laos. Cambodja uit ging best makkelijk. We moesten weer onze vingerafdrukken afgeven terwijl we eruit gingen. Een klein stukje fietsen bracht ons bij de grens met Laos. Dat ging op zich best soepel, we waren daar als enige, maar hier kregen we te maken met onvervalste corruptie. Op het raam hing een grote poster met de tarieven voor de verschillende landen. Voor Nederland is dat $35,- per persoon. Wij moesten voor twee $74,- betalen. Nou ja dachten we, voor die 4 dollar doen we niet moeilijk. Echter toen moesten we een loket verder weer twee dollar per persoon betalen voor de stempel en omdat het weekend was. Toen kon Leo het niet laten daar een opmerking over te maken. Niet dat het iets hielp, maar het is zo’n naar begin in een land. Vorig jaar hadden we daar geen enkele keer last van. Bij een kleine grenspost is er blijkbaar minder controle en die ruimte pakken de beambten. Ze verdienen ongetwijfeld niet zo veel en dit is op maandbasis natuurlijk een aardige bijverdienste. Maar het voelt niet goed voor de reiziger. We kwamen ‘s middags een Nieuw Zeelander tegen die exact hetzelfde had meegemaakt aan de grens.
Negentien kilometer verder zou een prachtige waterval zijn. Vlak daarbij was een guesthouse en een restaurant. Een mooie plek om te overnachten zodat we rustig de waterval konden bekijken.
De volgende dag zijn we naar een van de 4000 eilanden in de Mekong gefietst. Een korte dag waarna we aankwamen bij een leuk guesthouse met een restaurant aan de Mekong. We zaten daar met nog een Fransman, en verder niemand. De Fransman wist te vertellen dat er normaal veel meer mensen zijn, maar dat om een of andere reden er geen mensen waren. Dit verhaal hoorde we ook in Siem Reap van de Australische hotel uitbaatster. Zij zei ook dat het seizoen normaal al lang begonnen was en dat er nu veel minder mensen waren. Dus wellicht ligt de wereldwijde depressie op de loer en voelen mensen dat onbewust aan en stellen ze grote uitgaven uit.
De dag erop werd een lange dag over onverharde wegen met heel veel kuilen en “spannende” bruggen.
Soms was er helemaal geen brug. Dan was er een klein trekpontje waar we net met z’n tweeën oppasten.
Na de lange dag was de dag erop een korte naar Champassak. Hier zijn we ook een dag extra gebleven om weer een tempel te bezoeken (ja het zijn zware tijden voor Leo 😀).
Voor we aan de dag naar Champassak begonnen vonden we een plek waar we de fietsen konden afspuiten. Die zaten onder het stof en modder van die lange dag over onverharde wegen.
Enkele foto’s van de tempel Wat Phou
We zaten in Champassak in een heerlijk hotel met prachtig uitzicht over de Mekong en heerlijk eten. Dat zijn dan de momenten waarop Annette besluit iets verkeerds te eten. Ze heeft dus een minder prettige laatste nacht gehad. Gelukkig was de afstand naar Pakse, waar we nu zitten, maar 35 km. We zitten weer in een goed hotel en Annette is al weer beter. We blijven hier twee dagen omdat hier goede restaurants en koffietentjes zijn.
8 reacties
Heerlijk blogje weer!
Annet sterkte. Alvast een goede jaarwisseling.
Met Annette is alles weer goed 👍 Jullie ook een fijne jaarwisseling (wij zitten dan waarschijnlijk in een klein dorpje 😳😀)
Keep them coming those blog updates.
Loving it!
Take care.
Xxx from Australia.
M&C
We’re doing our best, but internetconnection is not very good😳
Hey Leo en Annette,
Dat was een gezellig etentje vanavond!
Leuk dat jullie ook een blog hebben. Die van ons vind je hier: https://www.pindat.com/reis/dagboek/ruudsandra/28444/2019-12-16/2020-02-11/fietsreis-cambodja-laos-vietnam-en-china
Wellicht tot over een paar dagen in Gnommalath!
We gaan jullie volgen👍 Tot in Gnommalath, of misschien al in Takhek. We gaan morgen naar Takhek (inthira hotel)
wat heerlijk om weer over een klein stukje van jullie avontuur te horen, maar vooral dat het zo goed gaat, hou het zo!
We wensen jullie een heel gezond en avontuurlijk jaar toe
Gelukkig nieuwjaar 🥳
Jullie ook de beste wensen. In april maar weer eens een bakkie doen😀