25 december, eerste kerstdag, zagen we Jan, Esther, Iris en Ysabel bij het ontbijt. Zij waren de nacht ervoor aangekomen. Wij hadden ze rond een uur of elf verwacht maar toen ze er om half een ’s nachts nog niet waren besloten we om maar te gaan slapen. Ze vlogen IPB (indien plaats beschikbaar) en dan weet je nooit zeker of je mee kunt met de vlucht. Na het ontbijt kregen we twee tassen vol met spullen die ze voor ons hadden meegenomen. Nieuwe buitenbanden, kettingen en andere fietsonderdelen, een nieuwe voorraad leesboeken, en reisgidsen.
We kregen ook nog drie zakken snoep en een zak bevatte choco-tofee’s, favoriet van Leo. Helaas brak Leo al bij de eerste de beste toffee en flink stuk van een kies. Gelukkig kon hij tweede kerstdag al naar de tandarts en een paar dagen later werd een kroon geplaatst.
Op oudjaarsdag kwamen Chris en Helen langs op de motor. Zij waren inmiddels met hun RV in La Paz aangekomen. ’s Avonds zijn we met z’n allen naar de stad gegaan om Oud en Nieuw te vieren. We hebben heel de avond uitgebreid gegeten bij een Italiaans restaurant. Vlak voor twaalven zijn we naar de boulevard gewandeld om het vuurwerk te gaan bekijken. We hadden geen idee hoe druk het zou zijn. Het bleek dus niet zo groots als in Nederland te zijn. Een paar mooie vuurpijlen en dat was het dan. 1 januari hebben we met z’n zessen een ‘nieuwjaarsduik’ gemaakt. We zijn gaan snorkelen met zeeleeuwen. De bootreis er naartoe was nog een aardige tocht over open zee. De boot ging behoorlijk op en neer maar tot zover ging alles goed. Echter toen de boot ging stilliggen om een paar duikers te water te laten, deinde de boot hevig van links naar rechts en binnen de kortste keren was iedereen zeeziek. Gelukkig duurde de duikexcursie maar een halfuurtje en konden we daarna snel verder naar het eiland met de zeeleeuwen. Hier lag de boot stil in een baai en dat was een stuk beter. We konden echt tussen de zeeleeuwen zwemmen en snorkelen. Er waren ook veel jonge zeeleeuwtjes. De dieren lijken het niet erg te vinden al deze toeristen. Ze komen zelfs nieuwsgierig kijken en zwemmen soms recht op je af om daarna snel weg te schieten. Dit is een oefening in het najagen van vissen. Ze raken je niet maar je schrikt wel.
We hebben ook een dag een auto gehuurd en zijn toen naar Todos Santos gereden. Dit plaatsje is beroemd om zijn hotel California. Het zou hier gaan om hèt Hotel California van het album van de Eagles, zo doen de eigenaren ons geloven. We hebben maar niet ingecheckt want we wilden nog kunnen vertrekken. Verder vind je er veel Amerikaanse kunstenaars met galeries, souvenirwinkels en restaurants. Het is leuk om daar een dag rond te kijken.
Helaas zat op 5 januari de vakantie er alweer op. Voor ons was het even wennen om weer met z’n tweetjes te zijn. Op 6 januari vertrokken wij met de veerboot naar Mazatlan. Een bootreis van ruim 18 uur. Dit keer hadden we voor alle zekerheid maar een pilletje tegen zeeziekte ingenomen. We hadden een hut geboekt een hebben ’s nachts nog aardig kunnen slapen. Deze grote boot schommelde ook aardig heen en weer maar we zijn niet zeeziek geworden.
In Mazatlan logeerden we in een Bed en Breakfast dat gerund wordt door een Nederlands Mexicaans echtpaar, Wim en Alicia. Ze verhuren kamers in een prachtig, koloniaal huis met vele antieke meubelen. Het huis is al meer dan drie generaties in het bezit van de familie van Alicia. We zijn erg gastvrij ontvangen en het ontbijt ’s ochtends was enorm uitgebreid, compleet met Goudse kaas.
Ze maakten zich allebei een beetje bezorgd om onze fietsplannen in Mexico. De wegen zouden erg smal en druk zijn. Het eerste stuk naar Tepic zou echt veel te gevaarlijk zijn om te fietsen. We hebben nog wat verder geïnformeerd en op het internet gekeken en het bleek inderdaad dat de meeste fietsers de bus mensen naar Tepic. Wij wilden niet eigenwijs zijn en zijn dus ook het eerste stuk met de bus gegaan. We hadden geen spijt van deze beslissing. De weg was inderdaad erg smal, slechts twee rijstroken en druk met bussen en vrachtverkeer. Er wordt hard gewerkt aan een vierbaans tolweg maar de werkzaamheden zijn nog in volle gang. We zagen wel een hele nieuwe omgeving. Geen droge woestijn en cactussen maar tropisch groen.
Vanaf Tepic zijn we weer gaan fietsen. Dit viel ons erg tegen. De weg bleef smal met slechts twee rijstroken en erg druk. Er was geen vluchtstrook en we fietsten op het randje van het wegdek. Meer ruimte was er niet. Wanneer twee bussen of vrachtauto’s elkaar wilden passeren, dan ging het vaak maar net goed of net niet, waardoor wij snel de berm in moesten of moesten stoppen om een lange file auto’s te laten passeren. Voor de eerste keer vonden we het fietsen niet zo leuk meer. We werden bang. We zagen al de meest vreselijke ongelukken gebeuren. De vele kruisjes langs de weg, wezen ons erop hoe snel het mis kan gaan.
In Puerto Vallarta waren we een beetje bedrukt. Hoe nu verder? We begrepen van diverse mensen dat de weg naar het zuiden er niet beter op zou worden. Sommige Mexicanen raadden ons met klem af om verder te gaan met de fiets. Een bus richting Yucatan zou een veel betere optie zijn. Naast de smalle wegen en drukte zijn de afstanden tussen plaatsen erg groot. Wij hebben er tot nu toe geen problemen mee gehad om af en toe wild te kamperen maar dat werd ons hier in Mexico ook ontraden. Inmiddels hadden we ook een verontrustend mailtje ontvangen van Erik (hij fietst voor ons uit richting Costa Rica). Toen hij ergens langs de kust op het strand kampeerde, heeft men ’s nachts geprobeerd om zijn spullen te stelen. Hij vertelde ons ook dat we misschien beter een stuk de bus konden nemen.
Na een paar dagen wikken en wegen, hebben we de knoop doorgehakt en besloten om niet verder te gaan fietsen in Mexico. We laten de fietsen en kampeerspullen achter in Puerto Vallarta en gaan de rest van Mexico per bus bekijken.
Door deze beslissing zijn we ook gaan nadenken over het vervolg van onze fietsreis. Willen we zo nog wel verder? De berichten op de site van het ministerie van Buitenlandse Zaken over de rest van Midden- en Zuid-Amerika zijn voor ons niet geruststellend. We zijn tot de conclusie gekomen dat we zo niet verder willen. De vele verhalen over onveiligheid, ongelukken hebben ons bewust gemaakt van de vraag of we hier nu wel zo gelukkig van worden. Dit is niet hoe we onze fietsreis gepland hadden. Tot nu toe hebben we zonder angst overal heerlijk kunnen fietsen en genoten van de omgeving. Op dit moment is fietsen hier voor ons geen aangename bezigheid meer maar meer een opgave om iedere dag weer op te stappen en te hopen dat het beter gaat. Na een paar dagen van tobben en overdenken, hebben we besloten om terug te keren naar Nederland. Na onze tocht in Mexico vliegen we eind maart vanuit Puerto Vallarta terug naar Nederland.
Nadat we een paar dagen druk waren met het regelen van allerlei praktische zaken en het verwerken van deze beslissing was er weer ruimte voor iets leuks. We zijn walvissen gaan kijken in de baai van Banderas. Ieder jaar tussen november en maart komen hier bultruggen vanuit Alaska en Canada om hun jongen te baren en opnieuw te paren.
We hadden geluk en we hebben de walvissen van heel dichtbij kunnen bekijken. We waren toeschouwers bij een ‘gevecht’ van een groep mannetjes. De walvissen proberen elkaar dan onder water weg te duwen. We zagen een groep van een stuk of zes mannetjes. Soms konden we hun kop heel goed boven het water zien.
Volwassen bultruggen zijn ongeveer 16 meter lang en de staartvin is zo’n 4 meter breed. Je ziet slechts zo’n 30 procent van de walvis in het water en dat is al enorm. Wanneer ze boven komen en weer onderduiken is het ongelofelijk hoe snel en ver ze dan kunnen zwemmen voordat ze weer boven komen om adem te halen.
Morgen trekken we weer verder. We weten nog niet precies waarheen. Waarschijnlijk verder zuidwaarts en dan richting Morelia in het binnenland. In de omgeving van Morelia overwinteren monarchvlinders, die ook helemaal vanuit Noord-Amerika en Canada naar deze plek komen om daarna weer terug te keren net als de walvissen. Blijkbaar is Mexico een mooie bestemming om te stoppen en weer terug te keren.